Cheng Shifa kunsttentoonstelling
Vandaag stellen we de artiest CHENG Shifa (1921-2007) voor, een meester van hedendaagse Chinese schilderkunst en een aanvoerder van de schilderkunst in Shanghai-stijl. Hij stond bekend om het combineren van Chinese technieken en westerse schildermethodes. Hij vormde een brug tussen traditie en moderniteit.
Het Chinees Cultureel Centrum in Brussel en het Cheng Shifa Art Museum van de Shanghai Chinese Painting Academy hopen wat artistiek plezier te brengen door deze zes schilderijen te delen met een Belgisch en Europees publiek.
Cheng Shifa, Gathering Herbs in Mountains against SARS, 138×68 cm, 2003
Tijdens de uitbraak van SARS in China in 2003, drong Cheng Shifa, toen 83 en erepresident van de Shanghai Chinese Painting Academy, erop aan om met zijn collega’s te schilderen om geld in te zamelen voor SARS-onderzoek en -behandelingen, ongeacht zijn leeftijd of kwetsbaarheid. Door zijn eigen ziekte kon hij niet lang rechtstaan. Hij kon enkel al zittend schilderen en het papier onder zijn borstel verplaatsen in plaats van naast het bureau te staan en zijn arm te bewegen. Na een week hard werk heeft hij dit schilderij met hart en ziel voltooid.
Het in het wit geklede meisje in dit schilderij symboliseert dokters en verpleegkundigen, vaak geprezen als “engelen in het wit” in het Chinees. Het meisje zit op een rots voor een elegante bamboeplant, een van Chengs specialiteiten om te schilderen. Het meisje houdt een bamboemand, gevuld met de kruiden die ze heeft geplukt, stevig vast, alsof die het krachtige wapen zijn tegen SARS.
Cheng creëerde dit schilderij met veel liefde. Zelfs op zijn leeftijd en fysiek verzwakt, kon hij alles precies en levendig weergeven, in zachte en heldere kleuren. De twee vogeljongen die naast het meisje vliegen, zien er bijzonder levendig en leuk uit, alsof ze elk moment tot leven kunnen komen. Daaruit zien we de oprechte liefde voor het leven van de artiest.
Cheng Shifa, Spring Murmuring through Pinewoods, 75×50 cm, 1984
Los van zichzelf verliezen in de natuur hadden oude geleerden thuis vaak landschapsschilderijen om het “reizen van de geest” te stimuleren. Traditionele landschapsschilders worden geïnspireerd door de natuur en pleiten voor integratie van mens en natuur, een idee dat de geleerde aansprak.
Dit is een van de meer traditionele landschapsschilderijen uit Cheng Shifa’s oeuvre. In dit schilderij stroomt bronwater langs de berg naar beneden door dennenbossen en rotsen in de mist, weerspiegeld door het onbegrensde gebruik van inkt en kleuren. In de eerste jaren van zijn studies begon Cheng bergen en rivieren te schilderen door traditionele realistische werken te traceren, die later zijn unieke voorkeur voor dikke penseelstreken en grote blokken kleur om op een wilde manier te tekenen. In dit werk werd het realisme geïnspireerd door schilder Shitao’s inzichten over de natuur, en het frisse en gelaagde effect komt van een mix van WANG Mengs rafelige-touwschaduw en Jurans lange-hennepvezelschaduw. Het resultaat is de bergrots die zichtbaar wordt door lagen van wolken en bossen, bedekt door mossen als snelle regendruppels. Dit is zeker een meesterwerk onder Cheng Shifa’s landschapsschilderijen.
Cheng Shifa, Geïnspireerd door een gedicht van Li He, 137.5×68.5 cm, 1984
Het grootste deel van dit schilderij is Chengs kalligrafie, geïnspireerd door een gedicht van LI He, een prominente dichter uit de Tang-dynastie. Het gedicht, getiteld Bitter Bamboos: A Tiaoxiao Ballad, vertelt een mythe: “Toen Xuanyan, ook bekend als de Gele Keizer, op de troon zat, beval hij zijn muziekambtenaar aan het hof, Ling Lun, om 24 bamboeplanten van het Kunlun-gebergte te halen. Gehoorzaam maakte Ling Lun stemfluiten van 12 ervan en creëerde de 12 noten van de chromatische toonladder van de oude Chinese muziek, terwijl Xuanyan de andere helft gebruikte om zijn vitaliteit te herstellen. Uiteindelijk bracht Xuanyan 23 van de stemfluiten weer mee naar de Hemel en liet er maar een enkele over aan de mens. Helaas was niemand waarlijk gekwalificeerd en de fluit werd voortaan begraven onder de Tempel van Yu Shun.”
Cheng haalde vaak verhalen van historische figuren of gedichten aan in zijn tekeningen om bepaalde emoties uit te drukken. Onderaan het schilderij zit een jong meisje op een blad van een Japanse vezelbananenplant. Op haar bamboefluit speelt ze de 12 door Ling Lun gecreëerde tonen, de origine van de Chinese rituele muziek. Chengs gewaagde gebruik van dikke contourlijnen die men vaak op gekerfde stenen standbeelden ziet en zowel de wisselende en gevarieerde verandering van dunne, dikke, gekromde en hoekige penseelstreken als het ritme dat hij ontwikkelde in briljant contrast tussen gelijkheid en ongelijkheid en zware en lichte inkt, dat alles draagt bij aan een evenwicht tussen variatie en norm. Het schilderij wekt daarom een buitengewoon gevoel van schoonheid op vanuit een vloeiende synthese van harmonie en contrast.
De andere twee derde van het schilderij wordt opgevuld door Chengs energieke en ongedwongen kalligrafie van Li He’s gedicht. Bedreven in de schoonschrijfkunst ontwikkelde Cheng een unieke stijl van handschrift door middel van zijn gedurfde en innovatieve gebruik van inkt en penseelstreken. Zoals een oud Chinees gezegde luidt: “Kalligrafie en schilderkunst komen van dezelfde grond.” Cheng heeft een complementaire combinatie van deze twee kunstvormen getroffen in zijn kunstwerk.
Cheng Shifa, Camellia and the Pheasants, 91.5×69.5 cm, 1983
Het schilderij geeft twee fazanten weer onder een bloeiende camelia die in het midden van het schilderij geplaatst is. Cheng gebruikte de “mogu”-techniek (schilderen zonder been) voor de camelia en creëerde er een lichtbron voor. Naast de ongekunstelde en elegante penseelstreken doet het kleurenschema dat Cheng koos, met een overgang van donker naar licht, koud naar warm, de cameliabloemen er levendig en prachtig uitzien. Geschilderd in een ogenschijnlijk zorgeloze stijl uit de vrije hand zijn de fazanten, een zwarte en een witte, afgebeeld met weinig simpele penseelstreken en schaduw, maar ze zien er levendig en alert uit.
Bovenaan het schilderij zijn ook enkele hellende bamboetakken getekend uit de vrije hand. Verzadigd met water en met elkaar vermengd voegen de bamboetakken een frisse en aangename sfeer toe aan het schilderij. Cheng dacht veel na over zijn keuze van kleuren en combineerde felle en getemperde kleuren om het schilderij een geanimeerde en frisse indruk met een elegante charme te geven.
Cheng zei ooit dat er twee sleutelelementen zijn in een vogel-en-bloemschilderij, de “levendigheid” en de “levensechtheid”. Om een gevoel van “levendigheid” te creëren moet de schilder “emotioneel verbonden zijn met de objecten en hun innerlijke essentie onthullen”. De zogenoemde “levensechtheid”, zoals het woord aangeeft, vereist “de uiterlijke verschijning van het object”. De Camellia and the Pheasants is een perfect voorbeeld van hoe Cheng de combinatie van zowel “levendigheid” als “levensechtheid” verwezenlijkte, waar hij altijd naar streefde. De camelia en de fazanten zijn zo levendig weergegeven dat de toeschouwer het gevoel kan krijgen dat ze tot leven zouden komen.
Cheng Shifa, Song of Surging Waves, 109.5×97.5 cm, 1980
Het schilderij beeldt een scène af waarin QU Yuan (ca. 340-278 v.C.), een Chinese dichter en politicus tijdens de Periode van de Strijdende Staten, en een visser op een vissersboot zitten en praten tussen de stijgende golven. De diagonale compositie presenteert ruwe wateren en vliegende meeuwen aan een kant en de visser, Qu Yuan en zijn dienstmeid CHAN Juan aan de andere. Met volledig grijs haar en grijze baard en gekleed in een strooien cape en hoed praat de visser met Qu Yuan, met een wereldwijze glimlach. Qu Yuan, mager en uitgemergeld, draagt een hoge hoed, een lange sjerp en een witte mantel, is duidelijk bezorgd om iets, maar zijn ogen staan vol vastberadenheid. De bevallige jonge meid Chan Juan houdt een mand met bloemen vast. Ze staat aan wal en wacht om van dienst te zijn.
Het hele schilderij creëert een verbazingwekkend open, kalme en vaste sfeer, waarin al deze personages bedachtzaam onthuld worden in een onstabiele diagonale compositie. Cheng Shifa paste de techniek van gewassen inkt toe voor de weergave van de meeuwen en het mistige water, dat zich zo ver uitstrekt dat het samenvloeit met de lucht aan de horizon, waardoor de scène een integraal geheeld en een open visie wordt.
Het woelige water en de op en neer vliegende meeuwen geven niet alleen kracht en vitaliteit aan het schilderij, maar zorgen ook voor een contrast met de wazige mist. De vissersboot en de mensen, voornamelijk oker gekleurd, worden vast gepresenteerd, als rotsen die schuin tussen een stortrivier staan en een toon van stevigheid toevoegen in de brullende golven. Door de gezichten van de figuren te contouren met prachtige lijnen, hun lichaamsvormen te omlijnen met eenvoudige penseelstreken en schaduwen toe te passen, leverde Cheng een integraal beeld en algeheel gevoel van beweging af in plaats van een opvallende waarheidsgetrouwheid.
Cheng Shifa, Ever-Blooming Wisteria, 139×68 cm
Cheng Shifa was een veelzijdige en productieve artistiek volleerde schilder en vormde in zijn vroege jaren zijn unieke schilderstijl. Met zijn vrij maar prachtig gebruik van penseel en inkt, zijn zijn schilderijen expressief romantisch met een levendige sfeer. In zijn Ever-Blooming Wisteria komen deze kenmerken volledig tot uiting, waar elk element aangenaam is, zoals de trapsgewijze lianen en bloesems van de blauweregen en de schoonheden eronder. Als ze niet juist wordt behandeld, kan de combinatie van bloemen en mooie meisjes gemakkelijk kitsch worden. Door de robuuste en levendige bewegingen van Cheng Shifa wordt het echter een klassiek romantisch werk met zijn kenmerkende stijl.